We zijn gewend dat onze elektrische auto (EV) meteen begint met laden op het moment dat we de stekker in de laadpaal steken. Dat doen we bij voorkeur ‘s ochtends op het werk en ‘s avonds bij thuiskomst. Maar dit zijn ook de momenten waarop (elektrisch) wordt gekookt en de wasmachine aangaat. De stroomvraag is dan al groot en wordt alleen maar groter nu er meer EV’s bijkomen en Nederland steeds verder van het gas afgaat. Er komt een moment waarop het net de stroompieken niet meer kan opvangen. Met ‘slim laden’ kan dit probleem worden voorkomen.
Wat is slim laden?
Met slim laden wordt bedoeld dat het vermogen en/of tijdstip van laden aangepast wordt om zo groen en goedkoop mogelijk te laden met de laagste impact op het elektriciteitsnet. Dit betekent dat een elektrische auto die om 18.00 uur aan een laadpaal wordt gekoppeld niet direct begint met laden, maar bijvoorbeeld pas ‘s nachts, wanneer de stroomvraag laag is en het aanbod groot (denk aan windenergie). Dat is ook nog eens het moment waarop de stroom het goedkoopst is. Slim laden is dus goed voor de portemonnee, het milieu én het net.