Tweede Kamercommissie Klimaat en Groene Groei ontvangt oplossingen voor nakomen klimaatakkoord Parijs
Klimaatbeleid
De Tweede Kamercommissie voor Klimaat en Groene Groei ontving deze week een lijst met oplossingen...
Voedselproductie is verantwoordelijk voor een kwart van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. Het neemt de helft van het bewoonbare oppervlak van onze planeet in beslag. Het aantal dieren dat wordt grootgebracht om te worden geslacht, is vijftien maal groter dan de wilde dieren die op aarde leven. Welk dieet kunnen we het beste volgen om deze klimaatimpact drastisch te verkleinen?
Volgens de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) van de VN zijn vlees en zuivelproducten verantwoordelijk voor ongeveer 14,5% van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen.
Als de wereld haar doel wil bereiken om de opwarming van de aarde te beperken tot “ruim onder” de 2 graden Celsius, dan zal verandering van dieet nodig zijn.
Er zijn verschillende manieren om de relatieve klimaatimpact van verschillende voedselgroepen te beoordelen. De onderstaande grafiek vergelijkt de gemiddelde uitstoot van broeikasgassen per kilogram verschillende voedingsproducten. De analyse, die is gebaseerd op een studie die in 2018 in Science is gepubliceerd, houdt rekening met alle factoren die bij het produceren van voedsel betrokken zijn. Dus inclusief het land dat nodig is voor de productie, het landbouwproces en de transport- en verkoopfasen.
De grafiek illustreert dat de klimaatimpact van rund- en lamsvlees erg groot is ten opzichte van andere voedingsmiddelen. Dit heeft deels te maken met de biologie van hoe deze dieren voedsel verteren, legt prof. Sir Charles Godfray uit, een populatiebioloog en hoofd van de Oxford Martin School aan de Universiteit van Oxford. Hij vertelt:
“De producten van herkauwers (schapen, koeien en hun familieleden) hebben de neiging om grotere broeikasgaseffecten te hebben. Dat komt deels doordat bij de vergisting door herkauwers veel methaan vrijkomt. Koeien en schapen zijn “herkauwers”, wat betekent dat hun magen gespecialiseerde bacteriën bevatten die taai en vezelig materiaal, zoals gras, kunnen verteren. Het verteringsproces zorgt ervoor dat de dieren methaan uitblazen, een broeikasgas dat ongeveer 31 keer krachtiger is dan CO2.”
Het produceren van rundvlees is meer dan twee keer zo klimaatintensief als het produceren van lamsvlees. Een reden hiervoor is dat koeien meer tijd nodig hebben om te groeien en zich voort te planten, wat betekent dat de productie van rundvlees veel meer voer en land vereist dan andere soorten vlees.
De omzetting van land voor de productie van rundvlees en diervoeder is een belangrijke oorzaak van ontbossing in veel tropische regio’s, ook in de Amazone, waar een recente piek in bosbranden en open plekken in verband wordt gebracht met veeteelt. Door het kappen van tropisch bos komen lang vastgehouden koolstofvoorraden vrij. (Tropische ontbossing als geheel is verantwoordelijk voor ongeveer 8% van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen.)
Grazend vee heeft een overvloedige voorraad gras nodig, wat betekent dat boeren vaak stikstofmest gebruiken op hun velden om de plantengroei te stimuleren. Bij de productie van stikstofkunstmest komen CO2 en het broeikasgas lachgas (N2O) vrij. De intensieve aard van de veehouderij verklaart ook waarom kaas en andere zuivelproducten gemiddeld hogere klimaatschade veroorzaken dan varkensvlees en gevogelte. Bovendien zijn kippen en varkens geen herkauwers en produceren ze dus niet zoveel methaan.
De grafiek laat ook zien dat gekweekte garnalen gemiddeld een grotere klimaatimpact hebben dan andere soorten zeevruchten. Dit is gedeeltelijk te wijten aan het feit dat sommige delen van Zuidoost-Azië een hausse hebben gekend in de aquacultuur op “industriële schaal”. In deze systemen worden garnalen gevoed met grote hoeveelheden visvoer, waarvan een groot deel wordt verspild en opgenomen door andere mariene micro-organismen die vervolgens methaan in de atmosfeer afgeven. Aquacultuur vereist ook vaak dat koolstofrijke mangroven worden gekapt, waardoor grote hoeveelheden CO2 vrijkomen.
In vergelijking met vlees en zuivel hebben plantaardige voedingsmiddelen een veel kleinere ecologische voetafdruk. Volgens de Science-studie zijn de emissies van plantaardig voedsel gemiddeld 10 tot 50 keer kleiner dan die van dierlijke producten. Opvallende uitzonderingen zijn onder meer koffie en chocolade. Koffie wordt voornamelijk verbouwd in tropische streken en bij de productie ervan worden vaak grote hoeveelheden stikstofhoudende meststoffen gebruikt, wat vooral verklaart waarom het per kilogram een grotere klimaatimpact heeft dan ander plantaardig voedsel. De klimaatimpact van chocolade wordt grotendeels veroorzaakt door de verandering in landgebruik die nodig is om cacao te produceren.
De klimaatimpact van plantaardig voedsel is doorgaans 10 tot 50 keer kleiner dan die van dierlijke producten. Hieruit volgt dat het overschakelen van een grotendeels op vlees gebaseerd dieet naar een vegetarisch of veganistisch dieet zeker helpt om de uitstoot te verminderen.
Welk dieet heeft minste klimaatimpact?
Onderstaande diëten helpen om enorme hoeveelheden uitstoot van broeikasgassen te voorkomen:
• Veganistisch: een volledig plantaardig dieet.
• Vegetarisch: een dieet met granen, groenten, fruit, suikers, oliën, eieren en zuivelproducten.
• Flexitariër: een dieet waarbij 75% van vlees en zuivel wordt vervangen door granen en peulvruchten. (Dit omvat minstens 500 g fruit en groenten en minstens 100 g plantaardige eiwitten per dag – en niet meer dan één portie rood vlees per week.)
Een wereldwijde overschakeling naar een veganistisch dieet zou van deze drie diëten de grootste emissiereducties opleveren. Volgens onderzoek zou een overschakeling op veganisme tegen 2050 bijna 8 miljard ton CO2 per jaar kunnen besparen in vergelijking met een “business-as-usual” -scenario. (Ter vergelijking: alle voedselproductie veroorzaakt momenteel ongeveer 13,7 miljard ton CO2e per jaar.)
De sterke vermindering van de uitstoot zou gedeeltelijk het gevolg zijn van het vrijmaken van grote hoeveelheden land. Dat land zou kunnen worden gebruikt om bossen aan te planten die in staat zijn om CO2 uit de atmosfeer te verwijderen en op te slaan in hun biomassa, zeggen klimaatwetenschappers:
“In het meest extreme scenario waarin helemaal geen dierlijke producten worden geconsumeerd, kan in 2050 voldoende voedsel worden geproduceerd op minder land dan momenteel wordt gebruikt. Daardoor kan het bos aanzienlijk regenereren waarmee de uitstoot van broeikasgassen op het land wordt teruggebracht tot een derde van ‘business-as-usual’ in 2050. “
De op een na grootste emissiereductie zou worden geleverd door een wereldwijde verschuiving naar vegetarisme. Volgens onderzoek zou een volledige toepassing van dit dieet tegen 2050 6 miljard ton CO2 per jaar kunnen besparen.
Hierop volgt een verschuiving naar een flexitarisch dieet – een dieet waarbij driekwart van vlees en zuivelproducten wordt vervangen door plantaardige alternatieven. Een wereldwijde verschuiving naar dit dieet zou tegen 2050 iets meer dan 5 miljard ton CO2 per jaar kunnen besparen.
De extra klimaatvoordelen van een veganistisch dieet worden bij vegetarisme en flexitarisme dus aanzienlijk kleiner.
Een wereldwijde verschuiving naar een meer plantaardig dieet zou hoe dan ook de uitstoot helpen verminderen. Maar het is de moeite waard om in gedachten te houden dat elk land ter wereld anders eet. Het gebruikelijke voedselpatroon van een land kan gebaseerd zijn op vele factoren, waaronder culturele en religieuze overtuigingen, geografische ligging en economische status.
In 2019 kwam een groep vooraanstaande voedsel- en klimaatwetenschappers samen om te analyseren hoe verschillende landen over de hele wereld eten. Zij onderzochten hoe die eetpatronen moeten veranderen als de wereld de klimaatimpact van voedsel voldoende wil verminderen. Willett, die het EAT Lancet Commission project leidde, vertelt:
“We staan voor de uitdaging om tegen 2050 ongeveer 10 miljard mensen te kunnen voeden met een dieet dat zowel gezond als duurzaam is. Uiteindelijk hebben we ontdekt dat dit maar nét mogelijk is.”
De commissie analyseerde de wetenschappelijke literatuur om te komen tot een universeel dieet dat voor iedereen gezond en duurzaam zou zijn. Zij noemden dat het “planetaire gezondheidsdieet” of “Planetary Health Diet”. Het “planetaire gezondheidsdieet” bestaat uit ongeveer de helft aan fruit en groenten, Daarnaast spelen volle granen, onverzadigde plantaardige oliën en plantaardige eiwitten een grote rol. Het dieet behelst ook één portie zuivel per dag en ongeveer één portie vlees per week.
Tekst met vertalingen vanuit Carbon brief.
Foto’s en beelden: Carbon Brief, Shutterstock